Dagelijks Brood – Nummer 9 – Mattheüs 13:28 – Een vijandig mens

5 februari, 2024

Rubrieken: Dagelijks Brood

Dagelijks Brood

Nummer 9 – Mattheüs 13:28

‘Een vijandig mens’

 

 

 

‘Dagelijks Brood’ bestaat uit een reeks korte artikelen uit het Oude en Nieuwe Testament die het karakter hebben

van een geestelijke boodschap voor het dagelijks geloofsleven ter bemoediging, vertroosting of lering.

 

‘Hij zeide tot hen: Dat heeft een vijandig mens gedaan’

 Pas op!

Weet wel dat wij, als gelovigen leven op een slagveld! De apostel Paulus zei aan het einde van zijn leven: ‘Ik heb de goede strijd gestreden!’ (2Tim.4:7). We hebben te maken met een vijand die alles in het werk stelt om Gods werk tegen te werken en zijn onderdanen te dwarsbomen. Satan is geen verzinsel maar een realiteit; kijk u maar eens naar de TV of om u heen of lees de krant. Als u eens kennisneemt onder welke namen de satan vermeld wordt in de Bijbel dan zult u hem wel serieus moeten nemen. Hij is Abaddon, in het Grieks Apollyon, de vernietiger (Op.9:11), de aanklager (Op.12:10), de tegenstander (1Petr.5:8), de god van deze eeuw (2Kor.4:4), de leugenaar en moordenaar (Joh.8:44), en de overste van deze wereld (Joh.14:30), om maar een paar titels te noemen. De Heer Jezus had een ontmoeting met de duivel in de woestijn en weerstond hem daar (Mat.4:1-11), maar de definitieve overwinning van de Heer Jezus vond plaats op het kruis (Kol.2:13-15). Elke gelovige deelt in deze twee overwinningen als ze Jezus willen volgen en de overwinning in geloof opeisen.

Wees waakzaam!

De duivel is een bedrieger en misleider. De Heer Jezus is het Hoofd van de gemeente en Heer over zijn discipelen, waarvan Hij verwacht dat ze vrucht zullen dragen. We zijn als een zaad dat leven in zichzelf heeft en meer vrucht wil voortbrengen. Daarom zeggen we de wereld vaarwel en wijden ons aan God toe om zijn wil te doen. Overal waar God ons plant, plant de duivel één van zijn dienaren. Zoals er kinderen van God zijn, zo zijn er ook kinderen van de duivel (Mat.3:7; Joh.8:44), onechte christenen die wel religieus zijn maar niet wedergeboren (2Kor.11:26; 1Joh.3:10-15). Satan heeft valse dienaren (Gal.1:6-9) die valse gerechtigheid voortbrengen (Rom.10:1-4). Hij heeft zelfs een valse kerk (Op.2:9; 3:9). Gods volk moet waakzaam zijn om deze imitaties op te merken en ervoor waken dat ze geen invloed kunnen uitoefenen in de gemeente van Christus (2Petr.2:1). We dienen waakzaam te zijn, want het was toen de werkers sliepen dat de duivel zijn namaakplanten tussen de echte planten in de aarde zaaide. Voor ons betekent dat er geen geestelijke lauwheid, of een nonchalante en slordige houding ten opzichte van Christus en zijn gemeente aanwezig mag zijn, opdat de duivel geen voordeel op ons zou behalen, want zijn gedachten zijn ons niet onbekend (2Kor.2:11).

Wees beschikbaar!

De Heer Jezus wil ons daar plaatsen waar we voor hem vrucht kunnen dragen. In de gelijkenis van de zaaier, betekent de aarde verschillende harten, maar in deze gelijkenis is ‘de akker de wereld’ (Mat.13:38). De Heer Jezus is zowel de zaaier als de eigenaar van het land, hij plant zijn volk daar waar ze vrucht voor Hem kunnen dragen. ‘Ik zeg u: als de tarwekorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft zij alleen; maar als zij sterft, draagt zij veel vrucht’ (Joh.12:24). De Heer mag u in een school ‘geplant’ hebben, een kantoor, een hospitaal en waar dan ook, maar wees er zeker van dat je ‘geworteld en opgebouwd wordt in Hem’ (Kol.2:7) en ‘in liefde geworteld en gegrond bent’ (Ef.3:17). Dan breng je vrucht voort waar je je ook bevindt!

Wees ervan verzekerd!

De slaven in de gelijkenis wilde de verkeerde planten uittrekken, maar de meester verbood het hun opdat ze niet de goede mee zouden wegnemen. We moeten oppassen dat we niet verdwaald raken in activiteiten die ons van de Meester en onze roeping scheiden. We leven in een wereld waarin vals van echt soms moeilijk te onderscheiden is en de Heer Jezus wil ons helpen zodat ons getuigenis echt is en de mens doorheen ons Hem zullen leren kennen. Wees geduldig in het getuigen en wees verzekerd ‘dat je arbeid niet vergeefs is in de Heer’ (1Kor.15:58), De landbouwer wacht geduldig voordat het zaad ontkiemt en na lange tijd vrucht voortbrengt (Jak.5:7). We kunnen er zeker van zijn dat we gelegener tijd zullen oogsten, als we volharden en niet moe worden (Gal.6:9).

____________________________________________________________________________________________________