Serie: De Zeven Gemeenten – Deel 7 – Sardis – Openbaring 3:1-6

28 november, 2024

Serie: De Zeven Gemeenten

Deel 7 – De Gemeente te Sardis

Openbaring 3:1-6

Inleiding

Periode 1520 – 1750 – de Reformatie

Zoals bekend zijn de laatste vier Gemeenten met elkaar verbonden, omdat uit het Rooms-Katholicisme de Protestantante staats en volkskerken voorkomen. Op hun beurt komen uit de kerken van de Reformatie de Evangelische beweging voor, en tenslotte Laodicea de kerk van de eindtijd. De periode Sardis is die van het staats- en volksprotestantisme sinds de zestiende eeuw, ontstaan door een werk van Gods Geest (de Reformatie), maar ondanks de geestelijk indruk die het maakt helaas verzand in een levenloos werk van mensen. Grote onderlinge twisten. Het protestantisme stelt zich onder bescherming van de wereldlijke overheden; allerwege ontstaan nationale volkskerken. Slechts weinig getrouwen hebben oog voor de noodzaak van een innerlijke reformatie (piëtisme, puritanisme, Nadere Reformatie). Juist vooral in het protestantisme ontstaan deïsme en ‘Verlichting’, inclusief ‘hogere bijbelkritiek’.

Historisch

Deze stad Sardis ligt wat in het binnenland, 80 km ten oosten van Smyrna. Het was eens de oude hoofdstad van Lydië en de residentie van de fabelachtig rijke koning Croesus, door wie de stad de eerste werd die gemunt geld in omloop bracht. Sardis was een handelsstad, gelegen op een kruispunt van wegen. De industrie omvatte onder meer het weven van stoffen en het maken van gouden sieraden, want uit een van haar rivieren werd goud gewonnen. In deze rijke stad woonden mensen die de mysterie-godsdiensten bevorderden, zoals die van Kybele, ook wel de Magna Mater (Grote Moeder) geheten. Deze religie ging gepaard met zelfverminking en wilde orgieën. De Kybele-dienst heeft veel gelijkenis met de Mithra-eredienst van het aangrenzende Frygië. De naam Sardis, Turks: Sefarad, Perzisch: Sparda, heeft de betekenis van ‘overblijfsel’, een handjevol ontkomenen, dat ergens uit ontvlucht is. Dit kan slaan op de oorspronkelijke bevolking van de stad, die gezien haar naam ontvlucht is aan een oosterse, tenietgegane beschaving. In de eerste eeuw van de christelijke jaartelling woonden er vele Joden. De joodse gemeenschap was er zeer machtig. Dat in Sardis vele Joden woonden, kan hebben bewerkt dat er reeds vroeg een christelijke gemeente gevestigd werd.

Temporain (Hedendaags)

‘U hebt enkele namen in Sardis die hun kleren niet bevlekt hebben’ (Op.3:4).

Hoewel de tijdspanne van deze periode veel korter is als die van Thyatira, zijn er toch enorm veel maatschappelijke en theologische ontwikkelingen op te merken. De periode die Sardis beschrijft is de Reformatie, die inlag tussen de Renaissance en de Verlichting. Aanleiding was het diepe verval van de Rooms-Katholieke kerk en met name de aflaathandel die leidde tot de Reformatie. Het Sola Fide, Sola Gratia en Sola Scriptura werden de kenmerken van de Reformatie

Enkele namen die de Reformatie voortbracht zijn hervormers als Luther (Duitsland), Zwingli (Zwitserland), Calvijn (Frankrijk) en John Knox (Schotland). Het is schadelijk gebleken dat de Kerk zich onder het gezag van de Stad een/of Staat stelde. Ouderlingen werden door het stadsbestuur benoemd. Handhaving en gezag lag in de handen van de staat/stad. Beken dis de veroordeling van Servet in 1533 die ter dood werd gebracht met instemming van Calvijn!

 We moesten wachten op Napoleon die de scheiding tussen kerk en staat tot stand bracht. Met de Verlichting en de Franse revolutie kwam na eeuwen van inmenging onder Europese bevolkingen de roep naar een staatsrechtelijke scheiding van kerk en staat.

Meer namen

Toen men nu, na de uitvinding der boekdrukkunst door Gutenberg in 1455, eraan begon te denken, om een Griekse uitgave van het Nieuwe Testament te doen drukken, had men nog slechts weinige handschriften daarvan gevonden. De eerste afzonderlijke uitgave van het Nieuwe Testament in het Grieks verscheen in 1516 van de hand van Erasmus, die evenwel over slechts enkele en dan nog zeer onvolkomene handschriften te beschikken had; terwijl hij een deel van de Openbaring, dat hem ontbrak, moest aanvullen door een vertaling in het Grieks uit de Latijnse Vulgata. Franz von Taxis, sinds 1489 als postmeester van keizer Maximiliaan I en sinds 1504 van Filips de Schone, verzorgde met zijn postrijders de vorstelijke en private post in het gehele Heilige Roomse Rijk en Spanje. Een snelle verspreiding van de Bijbel werd daardoor mogelijk.

De Contrareformatie

De Rooms-Katholieke kerk kwam in het verweer tegen de Reformatie door de contrareformatie. Op het gehouden concilie van Trente in 1545 werden volgende besluiten genomen: (1) Vaststelling van de canon van de Bijbel, de lijst van gewijde boeken (= Heilige Schrift; Oude en Nieuwe Testament en Deuterocanonieke boeken).  (2) De openbaring van de geloofsleer bestaat enkel uit de Heilige Schrift en de kerkelijke traditie. (3) De Vulgata, de Latijnse Bijbelvertaling, wordt voor de rooms-katholieken tot standaardtekst van
de Heilige Schrift verklaard. (4) De geloofswaarheden van de erfzonde, de zaligmaking, de 7 sacramenten, de aflaten, de heiligenverering en het vagevuur worden opnieuw verduidelijkt en bevestigd. (5) Het Latijn is de enige liturgische taal. (6) Geestelijken krijgen een verbod op cumulatie van kerkelijke ambten, hebben residentieplicht en
moeten het celibaat respecteren. (7) Priesters moeten een betere opleiding krijgen in elk bisdom verplicht op te richten seminaries. (8) Gelovigen worden onderricht via de catechismus en door prediking. (9) Het huwelijk moet gesloten worden in een kerk ten overstaan van een priester en getuigen na drievoudige aankondiging, en vervolgens worden vastgelegd in een huwelijksregister. (10) Een bisschop diende theologie te hebben gestudeerd.

Verder werd de orde van de Jezuïeten in het leven geroepen en opgericht te Parijs in 1534 Deze orde kwam onder de leiding van Ignatius van Loyola (1491-1566). De orde viel rechtstreeks onder de paus en van de leden eiste men absolute gehoorzaamheid. Het resultaat was dat de ‘ketters’ werden vervolgd en vaak op afschuwelijke om het leven gebracht. Een voorbeeld van de bestrijding van de ‘protestanten’ was Bartholomeüsnacht te Parijs in 1572. De aanleiding van de Bartholomeüsnacht was n.a.v. het huwelijk van Koning van Navarra (die de zaak van de Hugenoten was toegedaan) en Catharina de Medici (zuster van de koning van Frankrijk). Deze bloedbruiloft was een massale moordpartij op de Franse protestanten, die plaatsvond in de nacht van 23 op 24 augustus 1572. In de loop van de daaropvolgende maanden verspreidde een golf van geweld zich over heel Frankrijk,
waarbij uiteindelijk ongeveer 20.000 protestantse Hugenoten de dood zouden vinden. De gevolgen van Bartholomeusnacht was een burgeroorlog die eindigde in 1598 Edict van
Nantes; herroeping van het edict in 1685.

Profetisch

‘Want Ik heb uw werken niet volkomen bevonden’ (Op.3:2)

In geestelijke zin slaat het op de christelijke gemeente, vooral in haar typologische betekenis vanuit de kerkgeschiedenis.

Een goede naam – Deze gemeente heeft een goede naam, maar die wordt maar ten dele gedekt door haar leven. De Heer noemt haar zelfs ‘dood’ en bevindt haar ‘werken’ onvoldoende voor God. Men leeft dus meer bij namen en woorden dan bij daden en werken, het geloof is meer een zaak van het hoofd dan van het hart. Het is een schijn zonder wezen, een vorm zonder inhoud, een leer zonder leven. Kortom, in Sardis treffen we een gemeente die wel tégen het kwade is, maar waarin het goede geen gestalte krijgt. In geestelijke zin heeft de naam Sardis hier een dubbele betekenis: enerzijds bestaat zij uit ‘de ontkomenen’ uit de ritualistische Thyatira periode, waarin de hemelkoningin met haar purper de scepter zwaait; anderzijds is zij het beeld van de ‘namen zonder amen’, dat is een naamchristendom zonder persoonlijk beleven, en daaruit roept de Heer opnieuw zijn ongenoegen uit en oproept tot bekering, die we in vs. 4 zien genoemd en in ‘Filadelfia’ vinden getypeerd.

Slapen en waken – Als geheel bevindt Sardis zich in een toestand van slapen, en hiermee wordt het tegengestelde uitgedrukt van het “waken” waartoe de Heer oproept in Markus 13:33-37. Daardoor ontgaat hun de hele ontwikkeling van de tijd, het is een statische gemeente die door de grootste gebeurtenis van Christus’ gemeente op aarde: zijn wederkomst, zal worden overvallen. Hoewel Sardis tal van werken kent, is zij net als de Farizeeën, die er prat op gingen dat zij nog tal van geboden toevoegden aan de geboden Gods. Maar het allerbelangrijkste van de Wet werd door hen verwaarloosd (Mat.23:23). Daardoor verwachtten zij ook niet de spoedige komst des Heren, evenmin als de joden de Messias herkenden toen Hij kwam (Joh.1:11). Voor hen die slapen zal de Heer komen als een dief in de nacht; voor hen die waken komt Hij juist niet als een dief in de nacht (1Tes.5:4), en dat is precies datgene waarin Filadelfia zich van Sardis onderscheidt.

Grote onderwerpen in de theologie bleven in die periode onvermeld en moesten wachten tot de achttiende eeuw, zoals de eschatologie en met name het onderwijs over het volk Israël.

De doperse beweging

In Zwitserland ontstond de doperse beweging. Verschil over verhouding Kerk-Staat,
doop en levenshouding was daarvan de oorzaak. De Doperse of Evangelische beweging stonden afzijdig van de kerkelijke en politieke strijd en als gevolg daarvan stonden zij meer onbevangen tegenover de Schrift die zij niet reeds vooraf behoefden te interpreteren volgens politieke of kerkelijke sjablonen. De mennonieten of mennisten zijn de oudste nog bestaande doperse kerk. Ze zijn genoemd naar de Friese priester Menno Simons, rond 1540. Hij was een katholiek priester die overging tot het anabaptisme. Nadat hij in 1535 opnieuw gedoopt was, gaf hij in 1536 zijn priesterambt op. Daarna wijdt hij zich aan prediking en schriftelijk werk.

Begin van de zending.

Vanuit Halle gingen, onder invloed van Francke, in 1705 de eerste zendelingen naar India. Zinzendorf maakte vele reizen door Europa ter verspreiding van het Evangelie. Zo vinden wij in de eerste helft van de zestiende eeuw naast de Roomse kerk en de Reformatie een krachtige ‘derde stroom’ in de Christenheid dat het begin is geweest van de later ontstane Evangelische beweging.

Praktisch

‘Ik weet uw werken, dat u de naam hebt dat u leeft, en u bent dood’ (Op.3:1)

Wat is de boodschap voor ons vandaag? We vinden in Sardis een nominaal christendom weergegeven, dat vooral uitkomt in de beschrijving van Openbaring 3:1 – ‘Ik weet uw werken, dat u de naam hebt dat u leeft, en u bent dood’. ‘Daarom zegt Hij: Ontwaak, u die slaapt, en sta op uit de doden, en Christus zal over u lichten’ (Ef.5:14). ‘Word waakzaam en versterk het overige dat dreigde te sterven’ (Op.3:2).

___________________________________________________________________