Serie: Ik ben – Deel 4 – Joh.10:7-10 – Ik ben de deur

27 december, 2024

Serie: Ik ben

Deel 4 – Joh.10:7-10

‘Ik ben de deur’

“Jezus dan zei opnieuw: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Ik ben de deur van de schapen.” (Joh.10:7)

Voorwoord

De beelden van een herder en een deur van de schaapskooi zijn in Johannes 10 met elkaar verweven omdat beide naar Jezus verwijzen. Dit verklaart hoe Jezus de deur naar de kudde kan zijn maar ook dat Hij de kudde binnengaat en de schapen van de kudde leidt (vv. 2-5, 9). In de taal van metaforen is een vermenging van beelden niet ongebruikelijk. Jezus is bijvoorbeeld het brood des levens (Joh.6:35), en toch geeft Hij brood (Zelf) aan hongerige zondaars. Hij spreekt de waarheid (8:45), maar Hij is ook de Waarheid (14:6). Hij schenkt leven aan de gelovige zondaars (6:50-51), en toch is Hij het Leven (14:6). Jezus Zelf is de incarnatie van elke geestelijke zegen die Hij ons wil geven, want ‘in Christus bent u tot volheid gebracht’ (Kol.2:10).

We vinden in dit gedeelte van de Bijbel verschillenden karakters vermeld: (1) God de Vader, (2) de Deur en de Goede Herder is de Heer Jezus, (3) De valse herders: ‘Dieven, rovers, huurlingen, vreemden, religieuze leiders die tegen Jezus waren, (4) de schapen: de ware gelovigen, uit de Joden en uit de heidenen, (5) de poortwachter: Johannes de doper.

Inleiding

Het Joodse volk heeft zich als volk altijd gezien als de kudde van Jehova, verzorgd door de Heer, hun Herder. Het beeld van de kudde wordt ook toegepast op de Gemeente en geestelijke leiders staan ​​bekend als ‘pastors’, van het Latijnse woord voor herder. Laten we eerst de fysieke aspecten van de schaapskooi bekijken, want dan zullen we de geestelijke lessen die Jezus ons wil overbrengen beter begrijpen.

De schaapskooi was een omheining omringd door een muur van rotsen die te hoog was voor de schapen om eroverheen te springen. De herders legden soms doornige takken op de bovenkant van de muren om dieven af ​​te schrikken die eroverheen probeerden te klimmen. Door een opening in de muur konden de schapen naar binnen en naar buiten gaan; en ’s nachts lag de herder in die opening en werd hij als het ware zelf de deur van de schaapskooi. Geen enkel dier kon eruit komen en geen vijand kon binnenkomen zonder dat de herder het wist. Aan de rand van veel dorpen kan er een gemeenschappelijke schaapskooi zijn waar alle herders elke avond hun kuddes brachten. ’s Morgens riep de herder zijn schapen, en elke kudde volgde hun eigen herder. De schapen kenden de stem van hun eigen herder en zouden niemand anders volgen.

De deur betekent afscheiding

Een deur schept verdeeldheid: sommige mensen zijn buiten, anderen binnen. “Zo raakten de mensen verdeeld vanwege Jezus.” (Joh.7:43) “Dus waren ze verdeeld.” (9:16) “De Joden die deze woorden hoorden, waren opnieuw verdeeld.” (10:19) Bij de geboorte van onze Heer kondigden de engelen vrede op aarde aan (Luk.2:14), maar toen Hij naar het kruis liep, zei Jezus tegen Zijn discipelen: “Denk je dat ik gekomen ben om vrede op aarde te brengen? Nee, zeg ik je, maar verdeeldheid. Van nu af aan zullen er vijf in één gezin zijn, verdeeld tegen elkaar, drie tegen twee en twee tegen drie.” (Luk.12:51-52) Degenen die Christus volgen, behoren niet tot deze wereld, noch leven zij als de wereld, en dit zorgt ervoor dat de mensen van de wereld hen haten (Joh.15:18-25).

De deur betekent beslissing

Als we bij Jezus, de Deur, komen, moeten we Zijn woord horen, het als waarheid aanvaarden en ernaar handelen. Als ik iemand hoor zeggen: ‘Wat bedoel je met zonde?’ of ‘Zijn er niet veel wegen naar de hemel?’, weet ik dat ik te maken heb met iemand die een valse meester volgt’ Jezus bad tot de Vader: “Heilig hen (Zijn volgelingen) door de waarheid; uw woord is waarheid.” (Joh.17:17) “Koop de waarheid en verkoop haar niet.” (Spr.23:23) Er bestaat zoiets als de waarheid, en geen enkele hoeveelheid valse woorden kan deze vervangen.

Als je voor Jezus Christus, de Deur, staat en helemaal geen beslissing neemt, blijf je aan de buitenkant van de verlossing! Het betekent dat je niet deelhebt aan de ‘ene kudde’ waarvan Jezus de Verlosser en de Goede Herder is. Bij de deur sta je op een plaats waar een beslissing van je verwacht wordt, en als je geen beslissing neemt, neem je toch een beslissing; namelijk de verkeerde!

De deur betekent redding

We worden niet behouden omdat we de Heer Jezus waarderen of hoogachten, maar we worden behouden als we onze zonden belijden en Christus aanvaarden als onze Heer en Heiland! De bedelaar van Johannes 9 werd niet behouden omdat hij naar de tempel ging, maar omdat hij daar de Heer Jezus ontmoette, zich voor hem boog en beleed “Heer, Ik geloof.” (9:35-38) Pas “als iemand door Mij binnengaat, zal hij behouden worden” en niet eerder! (10:9) Gered zijn betekent dat je zonden vergeven zijn en dat je een kind van God bent geworden, en dat er in de hemel een plaats voor je bereid is. Dat wil zeggen je hebt eeuwig leven. “Ik ben gekomen opdat zij leven hebben, en het overvloedig hebben.” (10:10) Elke zondaar die deel uit gaat maken van de kudde door geloof in Jezus, is gered en voor altijd behouden. “Mijn schapen horen mijn stem en Ik ken ze en zij volgen Mij. En Ik geef hun eeuwig leven, en zij zullen geenszins verloren gaan in eeuwigheid en niemand zal ze rukken uit mijn hand.” (10:27-28)

De deur betekent vrijheid

Redding betekent ook vrijheid: ‘hij zal ingaan en uitgaan’ (Joh.10:9). “Wie de zonde doet, is een slaaf van de zonde’ maar ‘als de Zoon u zal vrijmaken, zult u werkelijk vrij zijn.” (Joh.8:34,36) Die vrijheid die je in Christus verkrijgt betekent niet dat je maar kunt wat je voor goed uitkomt, nee, we zijn bevrijd om Hem te dienen! “Om ons te geven dat wij, gered uit de hand van onze vijanden, onbevreesd Hem zouden dienen, in heiligheid en gerechtigheid voor zijn aangezicht al onze dagen.” (Luk.1:74) Dat is leven in overeenstemming met de waarheid en gemotiveerd door de liefde. “Opdat u aan een ander toebehoort, aan Hem die uit de doden is opgewekt, opdat wij voor God vrucht dragen.” (Rom.7:4) “Want u bent geroepen om vrij te zijn, broeders; gebruikt echter de vrijheid niet als aanleiding voor het vlees, maar dient elkaar door de liefde.” (Gal.5:13)

Redding betekent geluk

Een psalm van David. “De Here is mijn herder, mij ontbreekt niets; Hij doet mij nederliggen in grazige weiden; Hij voert mij aan rustige wateren; Hij verkwikt mijn ziel. Hij leidt mij in de rechte sporen om zijns naams wil.” (Ps.23:1-3) Eenmaal wanneer je deel uitmaakt van de kudde van de Heer Jezus en voorwerp bent van zijn zorg en aandacht, ervaar je de rust en vrede die een schaap nodig heeft om tot wasdom en ontplooiing te komen. ‘Veilig in Jezus’ armen!’ Hij leidt ons in grazige weiden. We leren als kind van God, en deel uitmakend van Jezus’ kudde, zijn leiding te verstaan. Gehoorzaam te zijn aan zijn stem, want Gods weg is de beste!

De deur betekent zorg

Wanneer een schaap de deur het binnengegaan maak je deel uit van de kudde en mag het zeker zijn van aandacht en zorg. “De Heer is mijn herder, mij ontbreekt niets.” (Ps.23:1) Schapen hebben zorg nodig, ze kunnen verloren lopen, gewond raken en moeten gevoed worden. “Hij verkwikt mijn ziel. Hij leidt mij in de rechte sporen om zijns naams wil.” (Ps.23:3) In het Nieuwe Testament wordt de Gemeente dan ook gezien als een kudde. In zijn toespraak tot de oudsten van de Gemeente van Efeze zegt Paulus tot hen: “Ik weet, dat na mijn vertrek wrede wolven bij u zullen binnenkomen, die de kudde niet sparen.” (Hand.20:29) Daaruit kunnen we afleiden dat een kudde zorg nodig heeft en daarvoor heeft God “sommigen gegeven als apostelen, anderen als profeten, weer anderen als evangelisten en nog weer anderen als herders en leraars.” (Ef.4:11) En hij vervolgt: “Past op uzelf en op de hele kudde, waarin de Heilige Geest u als opzieners heeft gesteld om de gemeente van God te hoeden, die Hij Zich heeft verworven door het bloed van Zijn eigen Zoon.” (Hand.20:28) Petrus, op zijn beurt, leert ons hoe een herder van de Gemeente hoort te zijn: “Hoedt de kudde van God die bij u is en houd toezicht, niet gedwongen, maar vrijwillig; in overeenstemming met God, ook niet om schandelijke winst, maar bereidwillig; ook niet als heersers over de erfgoederen, maar als zij die voorbeelden voor de kudde worden.” (1Petr.5:2-3)

De deur betekent bescherming

De herder staat garant voor het leven van de schapen, zodat eventuele roofdieren niet in staat zijn om een schaap te doden. De herder is voorzien van een stok en een staf. Het gevaar kan van buiten de kudde komen of van binnenuit, maar de vijand (de duivel) is er altijd op uit om te verslinden wie hij kan (1Petr.5:8; Hand.20:28-31). De veiligheid van de schapen is de hoogste prioriteit van een herder. Een schaap van de kudde van de Heer Jezus is altijd zeker van zijn behoudenis, want: ”Niemand kan ze rukken uit mijn hand” en “Niemand kan ze rukken uit de hand van mijn Vader.” (Joh.10:28-29; 6:39) “Daarom kan hij ook volledig behouden wie door Hem tot God naderen, daar Hij altijd leeft om voor hen tussenbeide te treden.” (Heb.7:25) Gelovigen die geen waarde hechten om deel uit te maken van een kudde, is geen lang ‘leven’ beschoren. Nergens leert de Bijbel ons dat wij ons moeten isoleren van andere gelovigen, eerder het tegendeel. Schapen zoeken de kudde op; het zijn ‘kuddedieren’! “Wij dienen onze eigen bijeenkomst niet te verzuimen, zoals sommige gewoon zijn, maar elkaar vermanen.” (Heb.10:25)

______________________________________________________________________________________