'In hoofdzaken eenheid, in bijzaken verdraagzaamheid en in alles de liefde'
En word niet aan deze wereld gelijkvormig, maar word veranderd door de vernieuwing van uw gezindheid om te kunnen onderscheiden wat de goede, welbehaaglijke en volmaakte wil van God is.
‘Een andere gelijkenis hield Hij hun voor en zei: Het koninkrijk der hemelen is gelijk aan een mosterdzaad, dat een mens nam en in zijn akker zaaide; het is wel kleiner dan alle zaden, maar als het is opgegroeid, is het groter dan de groenten en wordt een boom, zodat de vogels van de hemel in zijn takken komen nestelen.
Een andere gelijkenis sprak Hij tot hen: Het koninkrijk der hemelen is gelijk aan zuurdeeg, dat een vrouw nam en verborg in drie maten meel, totdat het geheel doorzuurd was.
Inleiding
In deze gelijkenis vinden we hetzelfde principe als in de gelijkenissen van de zaaier en de dolik tussen de tarwe, namelijk dat het kwade binnen het koninkrijk doorwerkt. In de gelijkenis van het mosterdzaad zien dat het kleinste van de zaden een onnatuurlijke grootte aanneemt. In de gelijke van het zuurdeeg zien we dat een beetje zuurdeeg het hele deeg doorzuurt. Statistieken vertellen ons dat het christendom op het ogenblik de godsdienst is met het grootste aantal volgelingen: 2,22 miljard. Maar ik vrees dat de meeste ‘christenen’ niet behoren bij de ‘kleine kudde’ waar de Heer Jezus over spreekt (Luk.12:32). Met andere woorden dat niet iedereen die zich christen noemt ook christen zoals de Bijbel ons leert; namelijk wedergeboren is! Waarvan de Heer moet zeggen: ‘Ik heb u nooit gekend; gaat weg van Mij, werkers van de wetteloosheid! (Mat.7:23).
Zuurdeeg
Het zuurdesem of zuurdeeg staat in de Bijbel symbool voor alles wat slecht en zondig is. ‘Jezus nu zei tot hen: Let op en past op voor het zuurdeeg van de farizeeën en de sadduceeën. En: ‘Hoe begrijpt u niet, dat Ik u niet over broden heb gesproken? Past u echter op voor het zuurdeeg van de Farizeeën en de Sadduceeën? Toen begrepen zij dat Hij niet gezegd had dat zij op hun hoede moesten zijn voor het zuurdeeg van het brood, maar voor het onderricht van de farizeeën en de sadduceeën. Toen beseften zij, dat Hij niet had gezegd dat zij moesten oppassen voor het zuurdeeg van de broden, maar voor de leer van de farizeeën en de sadduceeën’ (Mat.16:6, 11-12). Het boek Handelingen maakt ons duidelijk waar het zuurdeeg in hun geval symbool voor staat: ‘Want de sadduceeën zeggen dat er geen opstanding is, en geen engel of geest, farizeeën echter belijden beide’ (Hand.23:8).
Zuurdesem is gistend deeg dat gebruikt wordt om vers deeg te laten rijzen. In de Joodse traditie moet dit zuurdeeg worden opgeruimd voordat het Joodse Paasfeest, Pascha begint
(Ex.12:15; 13,3, 7; Deut.16:3). Het zuurdesem moet worden opgeruimd voordat je het Pascha viert. Het Pascha wordt ook wel het ‘Feest zonder gist genoemd’. Met andere woorden: het feest van het volk dat zuiver is, en niet vervuld met slechte zaken. ‘Weet u niet, dat een beetje zuurdeeg het hele deeg doorzuurt? Zuivert het oude zuurdeeg uit, opdat u een nieuw deeg bent; u bent immers ongezuurd. Want ook ons pascha, Christus is geslacht. Laten wij daarom feestvieren, niet met oud zuurdeeg, ook niet met zuurdeeg van slechtheid en boosheid, maar met ongezuurde broden van oprechtheid en waarheid’ (1Kor.6-8)
Gelijkenis van het mosterdzaad
Er is al op gewezen dat het koninkrijk een onnatuurlijke grote vorm aanneemt ‘het wordt ‘een boom’. Ooit begonnen met twaalf apostelen en ongeveer honderdtwintig gelovigen in een bovenzaal in Jeruzalem, is het uitgegroeid tot de grootste van de wereldreligies! Een boom waarin de vogels van de hemel komen nestelen. Jezus waarschuwde al dat in zijn afwezigheid het koninkrijk een mengeling van goed en kwaad zou worden (Mat.25:14vv.). Vogels zijn dan ook een negatief beeld, wat mag blijken uit de volgende teksten. ‘In zijn twijgen nestelde al het gevogelte des hemels’ (Ez.31:6) dat wordt gezegd van Assur, voorgesteld als een boom. ‘De boom die gij gezien hebt, die groot en sterk was, welks hoogte tot de hemel reikte en die over de gehele aarde te zien was, welks loof schoon en welks vrucht zo overvloedig was, dat hij voedsel bood voor allen, onder welke het gedierte des velds huisde en in welks takken het gevogelte des hemels nestelde – dat zijt gij, o koning’ (Dan.4:21). Ook Nebukadnezar, hoofd van het Babylonische rijk wordt voorgesteld als een boom, waar vogels in nestelden: ‘Wat de gezichten betreft, die mij op mijn legerstede voor ogen kwamen, ik zag: er stond een boom midden op de aarde, van grote hoogte; die boom was groot en sterk, zijn hoogte reikte tot aan de hemel, en hij was te zien tot aan het einde der gehele aarde; zijn loof was schoon en zijn vrucht zo overvloedig, dat hij voedsel bood voor allen; onder hem zocht het gedierte des velds schaduw en in zijn takken nestelde het gevogelte des hemels, en al wat leeft werd door hem gevoed’ (Dan.4:11v.). Het ‘grote Babylon’ waarover in het boek Openbaring wordt gesproken ‘Hierna zag ik een andere engel uit de hemel neerdalen, die grote macht had; en de aarde werd verlicht door zijn heerlijkheid. En hij riep met krachtige stem de woorden: Gevallen, gevallen is het grote Babylon en het is een woonplaats van demonen en een bewaarplaats van elke onreine en gehate vogel geworden’ (Op.18:1-2).
Gelijkenis van het zuurdeeg
Hierboven is al voldoende aangetoond dat het zuurdeeg altijd symbool staat voor het verkeerde, het kwade, en niet als iets positiefs! Dat is hierboven voldoende aangetoond. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat het zuurdeeg in deze gelijkenis als iets positiefs gezien moet worden. Een vrouw nam het zuurdeeg en verborg het drie maten meel, totdat het geheel doorzuurd was! Wie of wat wordt met ‘de vrouw’ bedoeld? Meerdere uitleggers denken hierbij aan de vrouw in de efa die in het boek Zacharia ‘de goddeloosheid’ genoemd wordt. ‘Hierop kwam de engel die met mij sprak, nader en zeide tot mij: Sla toch uw ogen op en zie, wat daar naar voren komt. Ik vroeg: Wat is dat? Hij antwoordde: Dat is een efa, die daar naar voren komt. Hij vervolgde: Zo zien zij er uit in het ganse land. En zie, het loden deksel werd opgelicht en daar zat een vrouw in de efa. En hij zeide: Dat is de goddeloosheid. Toen wierp hij haar in de efa neer en wierp het loden gewicht op de opening daarvan. Toen ik mijn ogen opsloeg, zag ik en zie, twee vrouwen kwamen naar voren, met de wind in haar vleugels; zij hadden namelijk vleugels als van een ooievaar. En zij droegen de efa weg tussen hemel en aarde. Toen vroeg ik de engel die met mij sprak: Waarheen brengen zij die efa? Hij antwoordde mij: Naar het land Sinear, om daar voor haar een huis te bouwen. Is dit gereed, dan zetten zij haar daar op haar plaats’ (Zach.5:5-11). De vrouw, de goddeloosheid wordt verbonden met Babel (Gen.11:1-9).
Tenslotte
De vorige gelijkenissen, en die nog komt, namelijk de gelijkenis van het ‘sleepnet’, in rekening brengend moeten we concluderen dat het ook in deze twee gelijkenissen om iets negatiefs, onnatuurlijks gaat, en dat het wordt veroorzaakt door het kwade dat eenmaal in het koninkrijk aanwezig, doorwerkt.