Nieuwe Testament – Genezing van een verlamde – Markus 2

19 juli, 2023

Bijbelboeken: Marcus

Nieuwe Testament

Genezing van een verlamde

Markus 2:1-12

 

  Inleiding

De Heer Jezus won aan bekendheid en populariteit tijdens zijn optreden Galilea. Wanneer Hij in Kapernaüm kwam, zijn thuisbasis wanneer Hij in die streken was, verzamelden zich veel mensen bij het huis. De meesten van hen waren op sensatie belust, om te zien of Hij nog wonderen zou doen. Maar Hij sprak tot hen het woord waar ze echter minder aandacht voor hadden. Maar zijn bekendheid trok ook de aandacht van de farizeeën en schriftgeleerden die daar ook aanwezig waren. De Heer Jezus stelde hun niet teleur; Hij sprak tot hen het woord, genas een verlamde en gebruikte de gelegenheid om duidelijk te maken Wie Hij was doordat Hij zonden te vergaf. Dit maakte zo’n indruk op de aanwezigen dat ze, na deze gebeurtenissen, buiten zichzelf waren, God verheerlijkten en zeiden: Zoiets hebben wij nog nooit gezien! Laten wij ook de gebeurtenissen volgen en zien of ook wij tot diezelfde conclusie en reactie komen…

De Heer Jezus keek naar boven en zag de vier mannen.

‘Draag elkanders lasten, en zo zult u de wet van Christus vervullen’ (Gal.6:2)

Niet alle ziekte is een gevolg van de zonde (vgl. Joh.9:1-3, 11:4), maar in dit geval zou dat wel eens de reden kunnen zijn van zijn verlamming omdat de Heer Jezus tegen deze verlamde man zei: Kind, uw zonden worden, of zijn, u vergeven! Wat de achterliggende oorzaak ook geweest mag zijn, daar hadden zijn vrienden geen aandacht voor, zij waren bekommerd om de situatie waarin deze man zich bevond. Anders dan in Bethesda, waar een man lag die al achtendertig jaar wiek was en niemand had die hem hielp (Joh.5:7), had deze verlamde vier vrienden die zich om hem bekommerden. Deze vrienden waren ernstig bezorgd over de toestand van hun vriend en wilden hem daadwerkelijk helpen. Ze hadden het geloof dat Jezus kon en ook wilde helpen. Ze baden niet alleen voor deze man maar gaven hun gebed ‘handen en voeten.’ Ze lieten zich niet ontmoedigen door de omstandigheid dat er bij de deur geen plaats meer was door de grote menigte. Ze werkten samen. Ze durfden het aan om iets heel ongewoons te doen, nl. de dakbedekking weg te nemen. Komen wij met al onze noden en noden van anderen ook in zo’n geloof tot de Heer Jezus als deze vier mannen. ‘Jezus keek naar boven en zag hun geloof! Vergelijk eens Johannes 11 waar de zusters, Maria en Martha, bericht naar Jezus zonden omtrent de ziekte van hun broer Lazarus. Ook daar zien we bezorgdheid voor iemand die in grote nood was. Martha had daarvoor geloof want zei ze later tot de Heer Jezus: ‘Heer, als U hier was geweest zou mijn broer niet gestorven zijn’ (vs.21). Ik geloof dat ook wij de plicht hebben elkaars lasten te dragen om de wet van Christus te vervullen (Gal.6:2). We worden opgeroepen acht op elkaar te geven (Heb.10:24).

De Heer Jezus keek naar beneden en zag de verlamde man.

‘Looft de Here, mijn ziel, die al uw ongerechtigheden vergeeft, die al uw krankheden geneest’ (Ps.103:13)

Wat de vier mannen en de verlamde zouden hebben verwacht gebeurde niet. In plaats dat de Heer Jezus de verlamde genas, zei Hij tegen hem dat zijn zonden vergeven waren! Daarvoor waren ze niet gekomen! Maar wat de mannen en de verlamde niet zagen, zag de Heer Jezus wel, de dieperliggende nood en mogelijk ook de achterliggende oorzaak van zijn verlamming. De genezing van de verlamde was een groot wonder, maar zoals elke genezing is het slechts een tijdelijke oplossing! De vergeving van zonde is een veel groter wonder want dat strekt zich uit tot in de eeuwigheid! Het komt tegemoet aan de grootste nood, het is betaald met de hoogste prijs en het schenkt de grootste zegen en heeft een eeuwig resultaat. Maar ik geloof dat er nog een andere reden was waarom de Heer Jezus zo handelde. Zowel bij de blinde in Johannes 9:1-3 als bij Lazarus in Johannes 11:1-5 moesten de werken van God openbaar worden ter wille van Diens heerlijkheid. Met andere woorden het was de Heer Jezus te doen opdat God verheerlijkt zou worden en dat gebeurde ook zoals we lezen in Markus 2:12, ‘Allen waren buiten zichzelf en verheerlijkten God!’ Maar ook de genezing bleef niet uit waarop de Heer Jezus de vraag stelde wat gemakkelijker was, zeggen ‘Uw zonden worden u vergeven?’ of ‘Sta op, neem uw rustbed op en loop?’

De Heer Jezus keek om zich heen en zag de farizeeën en de schriftgeleerden.

‘En zij hielden Hem nauwlettend in het oog met de bedoeling Hem op een woord te vangen en Hem dan over te leveren’ (Luk.20:20)

De aanwezige farizeeën en wetgeleerden (Luk.5:17v.) waren niet slechts uit nieuwsgierigheid naar Kapernaüm gekomen maar vooral om te zien of ze Jezus ergens op konden betrappen dat tegen hun principes was. Hun hart was niet oprecht, ze probeerden de Heer Jezus te beschuldigen van iets wat verkeerd was in hun ogen! ‘De schriftgeleerden en de Farizeeën letten scherp op Hem of Hij op de sabbat genezen zou, om iets te kunnen vinden om Hem te beschuldigen’ (Luk.6:7). Wanneer ze iets vroegen was het vaak om Hem te verzoeken (Mat.22:35). Die vijandschap van de kant van de schriftgeleerden en de overpriesters liep in de loop van Jezus’ openbaar optreden zo hoog op dat ze naar een manier zochten om Hem om te brengen, want zij waren bevreesd voor Hem, omdat heel de menigte versteld stond over Zijn onderricht (Mark.11:18). Het is dan ook te begrijpen waarom de Heer Jezus ze zo zwaar veroordeelde in zijn rede tegen de schriftgeleerden en farizeeën in Mattheüs 23! Diezelfde houding vinden we in hun handelen tegen de apostelen en het is dan ook niet verwonderlijk waarom Stéfanus spreekt van ‘Hardnekkigen en onbesnedenen van harten en oren, u weerstaat altijd de Heilige Geest, zoals uw vaderen, zo ook u’ (Hand.7:51vv.). Ook de apostel Paulus ondervond veel tegenstand van de Joden (1Thes.2:14-16).

De Heer Jezus keek naar binnen en zag het hart

 ‘Jezus zelf vertrouwde Zichzelf hun niet toe… want Hij wist zelf, wat in de mens was’ (Joh.2:25)

Als de Farizeeën en Schriftgeleerden hadden beseft wie de Heer Jezus was en als hun hart oprecht geïnteresseerd geweest was voor zijn boodschap, dan zouden zij de Heer der heerlijkheid niet gekruisigd hebben (1Kor.2:8). Nee, ze beseften niet Wie het was die tot hen sprak, maar de Heer Jezus kende de gedachten van hun hart. ‘Graf en verderf liggen open voor de HEERE – hoeveel te meer de harten van de mensenkinderen’ (Spr.15:11). Om duidelijk te maken Wie Hij was stelde Hij hun de vraag wat gemakkelijker was, tegen de verlamde zeggen ‘Uw zonden worden vergeven’ of ‘Neem uw rustbed op en leef’? Uiteraard was het eerste gemakkelijker dat het tweede, dus om aan te tonen dat de Heer Jezus macht had om zonden te vergeven deed Hij de verlamde lopen. Het was de Here die al uw ongerechtigheden vergeeft, die al uw krankheden geneest (Ps.103:3). De Heer Jezus noemt Zichzelf hier met de titel ‘Zoon des mensen’ wat een messiaanse titel was (Dan.7:13-14) en dat wordt zo’n zeventien keer in het Markus evangelie vermeld wordt. Maar hun hart is verduisterd en verhard en de farizeeërs en schriftgeleerden komen niet tot het besef Wie de Heer Jezus is. Dat is des te verwonderlijker omdat ze ijverige onderzoekers van de Schrift waren, maar tot Jezus wilden ze niet komen en dat was nu juist het probleem! (Joh.5:39). Hij kwam tot het zijne, maar de zijnen hebben Hem niet aangenomen (Joh.1:11). Allen waren buiten zichzelf over de dingen gebeurt waren, behalve de farizeeën en schriftgeleerden… Een paar verzen verder, bij de roeping van Levi, vinden we ze weer en zeiden: Zie, Hij eet en drinkt met de tollenaars en zondaars… Arglistig is het hart boven alles, ja, verderfelijk is het; wie kan het kennen?’ (Jer.17:9).

______________________________________________________________________________________________________________________________