Inleiding in de Typologie – Dogmatiek

25 juli, 2023

Rubrieken: Dogmatiek

Typologie

Inleiding in de typologie

Inleiding

Typologie is de leer van de typen, die een voorafschaduwingen zijn van latere geestelijke werkelijkheden. Voor een goed gebruik van de typen zijn bepaalde regels die gevolgd moeten worden, want niet alle onderwerpen zijn types. Voorzichtigheid is geboden om tot een conclusie te komen, opdat het Woord van God niet verdraaid wordt en men tot beslissingen komt die niet juist zijn. Een goede regel om te volgen is als de Bijbel zelfs aangeeft dat een of ander onderwerp een type is van een latere geestelijke werkelijkheid. Dat is bijvoorbeeld het geval met wat de apostel Paulus schreef in zijn eerste brief aan de Korinthiërs: ‘En ik wil niet, broeders, dat u er geen weet van hebt dat onze vaderen allen onder de wolk waren en allen door de zee zijn gegaan, en dat allen in Mozes gedoopt zijn in de wolk en in de zee, en allen hetzelfde geestelijke voedsel gegeten hebben’ (1Kor.10:1-3). Daardoor kunnen we met zekerheid zeggen dat de rots in de wildernis een type van Christus is. Een ander voorbeeld van het gebruik van typologie vinden we in Efeze 5:22-33 waar gesproken wordt over het huwelijk en waar het één vlees zijn van Adam en Eva, vergeleken wordt met Christus en de Gemeente (vs.32). Ook de brief aan de Galaten leert ons dat de twee vrouwen van Abraham een zinnebeeldige betekenis hebben namelijk het beelden twee verbonden uit (Gal.4:21-26). En wat te denken van Melchizedek, die op de Zoon van God gelijkt? (Heb.7:1-10). Met andere woorden: het gebruik van typologie is wettig en wordt ondersteund door de Schrift.

Wanneer we in Mattheüs 13:47 lezen over vissen van allerlei soort, dan begrijpen we dat deze vissen typen zijn, hoewel de tekst zelf dat niet aangeeft welke geestelijke werkelijkheid bedoeld wordt. Het verhaal is een gelijkenis die tot doel heeft ons iets duidelijk te maken. Het is noodzakelijk om te weten wat ze vertegenwoordigen en wat het net vertegenwoordigt. Wanneer we lezen van de Rode Zee of van de rivier de Jordaan, weten we dat deze ook typen zijn omdat ze zoveel interessante en nuttige zaken in zich bergen. Maar ook al nemen we aan dat een of ander onderwerp een type is, dan blijft de vraag te beantwoorden waarvan ze dan een voorafschaduwing zijn. Hiermee dienen we voorzichtig om te gaan. Laten we de vraag maar stellen: Wat is een type, en laten we een antwoord zoeken in de volgende vergelijkingen.

  1. Er is gelijkenis in verschijning zoals bij ‘wolken’ en ‘stof’ (Nah.1:3).

  2. Er is gelijkenis in activiteit zoals bij ‘de luipaard’ en ‘Alexander de Grote (Dan.7:6).

  3. Er is gelijkenis in uitwerking zoals bij ‘regen en sneeuw’ en ‘het Woord van God’ (Jes.55:10-11).

  4. Er is gelijkenis in relatie zoals bij ‘voedster’ en ‘Paulus’ (1Thes.2:7).

  5. Er is gelijkenis in waarde zoals bij ‘goud’ en ‘stervelingen’ (Jes.13:12).

  6. Er is gelijkenis in positie zoals bij ‘hoofd’ en ‘Israël’ (Deut.28:13).

  7. Er is gelijkenis in kenmerken zoals bij ‘de sprinkhanen’ en ‘de mensen’ (Spr.30:28).

Voor het gebruik en onderzoek naar de typologie zijn bepaalde principes en werkwijzen noodzakelijk. Het is een juist en in de Schrift terug te vinden beginsel om gebruik te maken van typen, omdat de auteurs van de Bijbelboeken en de Heer Jezus dat ook deden in hun onderwijs. Zoals een mes het beste tot zijn recht in de handen van een goede houtbewerker of een chirurg, zo komt het gebruik van de typen het best tot zijn recht door hen die een goede kennis hebben van Gods Woord, geestelijk zijn en inzicht hebben. Het gebruik van de typen werpt licht op veel zaken, want de Geest gebruikt de zaken die zichtbaar zijn, om te openbaren de dingen die niet zichtbaar zijn. De studie van de typologie geeft ons een prachtig instrument in handen om zaken, vermeld in de Bijbel beter te verduidelijken, want typen kom je door heel de Bijbel heen tegen.

Nog een paar suggesties voor het gebruik van typen:

  1. Probeer het tegenovergestelde te ontdekken van dat wat wordt onderzocht, zoals bijvoorbeeld in: de gouden stad (Op.21:18) en die andere ‘beklede’ stad (Op.18:16); de leeuw (Op.5:5) en het lam (Op.5:6); de vrouw bekleed met rode klederen (Op.17:4) en de vrouw bekleed met witte kleren (Op.19:8).

  2. Denk in vergelijkingen: grote Goliath en kleine David; Jozef uit het Oude Testament en Jezus in het Nieuwe Testament; de rivier in Ezechiël 47 en de ‘rivier’ in Johannes 7.

  3. Onderzoek het type waar het ook maar voorkomt in de Bijbel om zeker te zijn hoe ze te gebruiken.

  4. Onderzoek waar een type ergens anders in de Bijbel ook als een type gebruikt wordt.

  5. Overweeg al de kenmerken van de typen zoals bijvoorbeeld de zee met haar weidsheid, haar diepten, haar rusteloosheid, haar grootte, haar golven, haar nut of gebruik.

  6. Maak de uitkomsten tot je eigendom die je kunt verkrijgen door de studie van een type zoals de bladeren in Jesaja 64:6, hoe ze van de takken afvielen, hoe ze de aard van de boom weergeven, hoe ze zijn, oud of jong, hoe ze van de boom vallen of eraan vast blijven zitten.

Door je deze tips eigen te maken zal je in staat zijn deze typen en hun betekenis snel te ontdekken en toe te passen in de studie ervan.

Vaak wordt een object gebruikt als hetzelfde type of een type van hetzelfde voorwerp door verschillende schrijvers. Dit herhaald gebruik bevestigd daardoor het gebruik van het object of voorwerp als een type en geeft zekerheid betreffende de echtheid van de betekenis. Mozes gebruik de rots als een type van Christus in Numeri 20:8. David gebruikt de rots als een type van Christus in Psalm 18:2. Jesaja doet hetzelfde in Jesaja 32:2. De Heer Jezus verwijst ook naar Hemzelf als de rots waarop de Gemeente is gebouwd (Mat.16:18). Bileam gebruikte de bomen, die Israël representeerden (Num.24:6). David gebruikte een boom als verwijzing naar een godvruchtige man in Psalm 1. Jeremia doet hetzelfde in Jeremia 17:8. Daniël gebruikt het beeld van een boom als representatie van een koning (Dan.4:10). Hij ontving zijn boodschap van God. Jesaja doet hetzelfde in Jesaja 56:3 als een type voor de eunuch, de ontmande. De Heer Jezus gebruikt bomen als een type van het volk Israël in Lukas 13:6, 21:29. Het is goed om op te merken dat een type niet te pas en te onpas mag worden toegepast zoals we dat bij Origenes (185-253 n.Chr.) vinden met zijn allegorische interpretatie. Gist of zuurdeeg, wordt vaak in verband gebracht met het evangelie, maar dat is niet juist. Doorheen heel het Oude en Nieuwe Testament is gist altijd een beeld van het kwade dat verwijderd moet worden. Bijvoorbeeld in 1Kor.5:6-8.

Bij gebruik van typen is het nuttig om onderstaande raadgevingen in overweging te nemen:

  1. Wanneer wordt het voorwerp of onderwerp voor het eerst in de Bijbel vermeld? Welke betekenis heeft het daar?

  2. Waar verwijst het voorwerp of onderwerp de laatste keer naar dat het voorkomt in de Bijbel?

  3. Wat zijn de kenmerken van het voorwerp of onderwerp om het tot een bruikbaar type te kunnen gebruiken? Christus wordt in Openbaring 5 vergeleken met een leeuw. In Jesaja 53 wordt Christus vergeleken met een lam. Bij onderzoek naar de kenmerken van deze twee dieren zal de gelijkenis eerder duidelijk worden. Dit soort onderzoek zal altijd gedaan moeten worden.

  4. Typen zouden in groepen moeten worden ondergebracht in overeenstemming met wat ze weergeven. Er zijn typen van Christus, Israël, de volken, de Christen, de huichelaars, enz.

  5. Typen kunnen ook ondergebracht worden in overeenstemming met hun kenmerken. Er worden typen genomen uit de gesteenten van de aarde, het dierenrijk, het plantenrijk, het geestelijk koninkrijk, het menselijk gezin, menselijke activiteiten, enz. Het zal de Bijbelonderzoeker helpen in zijn onderzoek om de voorwerpen en onderwerpen te zien in de groep waarin ze voorkomen.

___________________________________________________________________________________________