Vraag en Antwoord – Kan God berouw hebben? – Nummer 13

9 augustus, 2023

Rubrieken: Vraag en Antwoord

Vraag en Antwoord

Kan God berouw hebben?

Nummer 13

Vraag:

Nadat Saul had gefaald om de Amalekieten uit te roeien, was het God die tegen Samuël zei: ‘Het berouwt Mij, dat Ik Saul tot koning heb aangesteld’ (1Sam.15:11). Maar in 1Sam.15:29 zegt Samuël tegen Saul: ‘Ook liegt de Onveranderlijke Israëls niet en Hij kent geen berouw; want Hij is geen mens, dat Hij berouw zou hebben’. Hoe kan in de ene passage God zeggen dat Hij berouw heeft terwijl een paar verzen verderop vermeld staat dat Hij geen berouw kent? Is de Bijbel hier niet met zichzelf in tegenspraak? Kan God berouw hebben of niet?

Antwoord:

De verklaring die God aan Samuël gaf, betekent nog niet dat God toegaf of van gedachten veranderde, maar dat God diep emotioneel verdriet uitte over Sauls falen en de moeite die het Israël zou toebrengen. God koos Saul uit om koning te worden in Israël om bepaalde opdrachten uit te voeren waarvoor Saul geschikt was. Spijt hebben van een actie die moest worden genomen, is een ervaring die we allemaal wel eens hebben gehad. God verandert eigenlijk niet van gedachten, maar Hij ervaart wel diep emotioneel verdriet over de dingen die mensen (verkeerd) doen. Als we aannemen dat de Bijbel Gods Woord is, is het niet aannemelijk dat het zichzelf zou tegenspreken. Zelfs in een niet-geïnspireerd geschrift zou het vreemd zijn als iemand zich op eenzelfde bladzijde zou tegenspreken. Er moet met deze verzen dus iets anders aan de hand zijn. Welnu vers 11 bevat een reactie van God over het optreden van Saul, waarbij God als het ware op zijn beslissing zou terugkomen en de verkiezing van Saul zou willen ‘terugdraaien’. Maar in dat opzicht kent God geen berouw. Hij hoeft nooit terug te komen op Zijn beslissingen. Met vers 35 moet dus wat anders bedoeld zijn dan dat God op menselijke wijze berouw zou hebben, omdat het zo verkeerd afgelopen was met Saul. Berouw hebben betekent in dit geval dat iets je niet onbewogen laat, maar dat het je aan je hart gaat. Dat moet met vers 11 bedoeld zijn.

______________________________________________________________________________________________________________________________