Nieuwe Testament
Openbaring 6
De eerste zes zegels
Inleiding
Nu, door de coronacrisis, niet alleen de gezondheid van het mensdom wereldwijd onder grote druk staat zal dat de economie ook raken. Deze crisis zal binnenkort voor de komende jaren een enorme impact op de wereldeconomie hebben. Waar het allemaal toe zal leiden is nog niet duidelijk, maar als we de Bijbel laten spreken zullen de krachten van de hemelen wankelen, met andere woorden economieën en politieke systemen zullen onder grote druk komen te staan. Wel zeker is dat mensen onrustig worden en dat zal vroeg of laat overgaan in bangheid en angst in afwachting van de dingen die over het aardrijk gaan komen (Luk.21:26). Hierover straks meer.
Voordat we overgaan tot de behandeling van de zes zegels zullen we eerst wat aandacht besteden aan een paar onderwerpen die om duidelijkheid vragen om verwarring in de uitleg en het verstaan daarvan te voorkomen. Allereerst moeten we stelling nemen in de vraag waar het hier in Openbaring 6 overgaat. We zullen de vraag moeten beantwoorden over
Ten eerste, zullen we een standpunt moeten innemen over wie de ‘leiding’ die leiden tot de gebeurtenissen beschreven door de vier zeerste zegels; is het de Antichrist of het Hoofd van het Hersteld Romeins rijk? Deze twee personen en/of machten vinden we in hoofdstuk 13 van de Openbaring; er is daarover veel verwarring. (Ik verwijs u graag naar de artikelen die daar eerder over heb geschreven: ‘De twee beesten in Openbaring 13’ en ‘Twee rijken, Twee beesten’ in de rubriek Eschatologie). Ik ga ervanuit dat we in Openbaring 6 het met het toekomstig Hoofd van een hersteld Romeins Rijk te maken hebben, een militaire macht; het eerste beest vermeld in Op.13:1. Het is heel goed mogelijk dat de huidige Europese Unie van dat toekomstig rijk een voorloper is. Het tweede beest is de Antichrist; een geestelijke macht (Op.13:11), die in relatie zal staan met het volk Israël en zich meer zal manifesteren in de tweede helft van de laatste jaarweek van Daniël; de zogenaamde Grote Verdrukking.
Ten tweede dienen we rekening houden met twee anderen begrippen, namelijk: ‘de ure der verzoeking’ en de ‘Grote Verdrukking’. De eerste is een periode die hele laatste jaarweek van Daniël omvat, dus zeven jaar omvat en volgens mijn inzicht begint na de Opname van de Gemeente. De Grote Verdrukking, ook genoemd: ‘een tijd van benauwdheid voor Jakob (Israël) en die periode begint op de helft van die jaarweek, en zal die drie-en-half jaar duren, tot op de (zichtbare) komst van de Messias op de Olijfberg (Zach.14:4).
Veel Bijbeluitleggers hebben opmerkelijke overeenkomsten opgemerkt van de gebeurtenissen, vermeld in Mattheüs 24:6-14 en Openbaring 6:1-17. Over het tijdstip wanneer deze dingen gebeuren is wel verschil van mening. Sommigen denken dat het in het evangelie naar Mattheüs gaat over de tijd kort voor de zeventigste jaarweek van Daniël (Dan.9:27), anderen denken, op grond van het boek Openbaring eerder aan de eerste helft van deze jaarweek, dus juist vóór en als inleiding op de Grote Verdrukking, de benauwdheid van Jakob (Jer.30:7). Mogelijk is een overlapping van beide genoemde periodes ook nog een mogelijkheid ná de Opname. Het kan best zijn dat gebeurtenissen die kort vóór de Opname gebeuren een inleiding zijn, en uitgebreid zullen worden ná de Opname.
Een andere visie is, en die misschien de voorkeur geniet is dat de gebeurtenissen in Mat.24:8 de periode zijn van de zegels (Op.6-8). De Grote Verdrukking beschreven in Mat.24:21 de periode is van de bazuinen (Op.8-11) en tenslotte de gebeurtenissen die voorafgaan en verbonden zijn met de komst van de Messias (Mat.24:29vv.) die gelijkgesteld worden met de periode van de schalen (Op.15-16). Trouw blijvend aan mijn visie dat Op.1:19 de indeling van het boek geeft, denk ik ook dat de oordelen van de zegels van hoofdstuk 6 ná de opname plaatsvinden. Hoe dan ook, er is geen twijfel mogelijk over de parallellen in beide beschrijvingen.
Gebeurtenissen |
Mattheüs |
Openbaring |
Valse christussenOorlogenHongersnodenDoodMartelarenWereldwijde chaos |
24:4-524:624:7a24:7b-824:24:924:10-13 |
6:1-26:3-46:5-66:7-86:9-116:12-17 |