Serie: Het boek Prediker 1 – Deel 3

22 juli, 2023

Bijbelboeken: Prediker

Het boek Prediker

Deel 3

Hoofdstuk 1:4-11

Het leven is niet waard geleefd te worden! De eentonigheid van het leven.

Inleiding

Het deïsme is de leer die God als Schepper erkent, maar gelooft dat Hij zich sinds de schepping niet meer met haar inlaat en dus het werk van de onderhouding loochent. Toch leert de Schrift ons dat God Zich wel degelijk met zijn schepping bezighoudt. Onze hoop is gevestigd op de levende God, die een Onderhouder is van alle mensen, schrijft de apostel Paulus aan zijn geestelijk kind Timotheüs (1Tim.4:10). En: ‘Hij heeft in de voorbije geslachten alle volken op hun eigen wegen laten gaan, hoewel Hij Zich toch niet onbetuigd heeft gelaten in goeddoen, door u uit de hemel regen en vruchtbare tijden te geven en uw harten te vervullen met voedsel en vreugde’ (Hand.14:16-17). Wanneer we echter God uitsluiten (deïsme), en in dit gedeelte van het boek prediker wordt de naam van God niet genoemd, dan is de wereld een gesloten systeem, een uniform en voorspelbaar systeem, waarin niets kan veranderen. Dat is een wereld waar geen antwoord op gebeden kunnen komen of wonderen kunnen gebeuren!

Maar God heeft ingebroken; Hij liet de zon stilstaan (Joz.10), opende de Rode Zee en de Jordaan (Ex.14, Joz.3-4), onthield en gaf regen (Jak.5:17-18), en stilde de zee (Mark.4:35) en zal nog ‘inbreken’ om deze wereld te oordelen! (Op.6vv.; Ps.2). Maar de grootste gebeurtenis waarin God Zich heeft laten zien dat Hij wel bij zijn schepping en schepselen betrokken is natuurlijk doordat Hij zijn Zoon gezonden voor de zonden van wereld. Niet de mens heeft God gezocht, God heeft de mens opgezocht!

De vraag die beantwoordt moet worden is deze: ‘Welk voordeel heeft de mens van al zijn zwoegen, waarmee hij zich aftobt onder de zon?’ (Pred.1:3).

Leven in cirkels! (1:4-7) Prediker als wetenschapper

‘Want sinds de vaderen zijn ontslapen, blijft alles zó als van het begin van de schepping’, zeiden de spotters in de dagen van de apostel Petrus (2Petr.3:4). Er is niets veranderd, want ook vandaag horen we hetzelfde: we leven in cirkels. Maar in het voorgaande hebben we gezien dat dat niet overeenkomt met wat Gods Woord ons leert. Er is wel beweging, maar geen vooruitgang, laat staan verandering. Zo, onder de zon, beschouwd Salomo de aarde, zon, wind en zee en hij ziet geen verandering, alleen herhaling, en dat is onuitsprekelijk vermoeiend (1:8). Salomo vermeld dezelfde elementen, aarde, zon, wind en zee, als de Siciliaanse natuurfilosoof Empedocles die enige eeuwen na hem leefde (495-435 v.Chr.) Alle veranderingen verklaart Empedocles door de tegengestelde krachten van haat en liefde waarmee deze vier substanties op elkaar inwerken. De zesde eeuw is wereldhistorisch van grote betekenis geweest omdat er zich belangrijke veranderingen in de geestesgeschiedenis van de mensheid voordeden. We denken maar aan Confusius in China en Boedha in India. Het ging de eerste natuurfilosofen erom om één beginsel te vinden waaruit alles verklaart kon worden. Salomo vermeld vier zaken waaruit blijkt dat er wel beweging is maar dat er niets verandert.

Niets veranderd (1:4-7)

De aarde – draait om de zon (vs.4)

‘Voortaan zullen, zolang de aarde bestaat, zaaiing en oogst, koude en hitte, zomer en winter, dag en nacht, niet ophouden’ (Gen.8:22). De aarde is een stabiele factor, en geldt dat niet voor het gehele universum? ‘De hemelen vertellen Gods eer, het uitspansel verkondigt het werk van zijn handen!’ (Ps.19:2). ‘Buigt u neder voor de Here in heilige feestdos, beef voor zijn aangezicht, gij ganse aarde: vast staat nu de wereld, zodat zij niet wankelt. (1Kron.16:29-30). ‘Vast staat nu de wereld, zij wankelt niet’ (Ps.93:1; 96:10). Dit is uiteraard spreektaal, want we weten dat de aarde om zijn eigen as draait en om de zon. Hier gaat het erom weer te geven dat er geen verandering is voor wat betreft onze planeet. De aarde zal altijd blijven bestaan, aldus Prediker.

De zon – van oost naar west (vs.5)

Wat is het nut eigenlijk van de zon? Dag en nacht wisselen elkaar af. ‘En God zei: Laten er lichten zijn aan het hemelgewelf om scheiding te maken tussen de dag en de nacht; en laten zij zijn tot tekenen, en tot aanduiding van vaste tijden en van dagen en jaren! En laten zij tot lichten zijn aan het hemelgewelf om licht te geven op de aarde! En het was zo. En God maakte de twee grote lichten: het grote licht om de dag te beheersen en het kleine licht om de nacht te beheersen; en ook de sterren. En God plaatste ze aan het hemelgewelf om licht te geven op de aarde, om de dag en de nacht te beheersen en om scheiding te maken tussen het licht en de duisternis. En God zag dat het goed was’ (Gen.1:14-18). Zo gaat het eindeloos voort, zolang de aarde bestaat. Wel beweging maar geen verandering! ‘Hij heeft daarin een tent opgeslagen voor de zon, die is als een bruidegom die uit zijn bruidsvertrek treedt, jubelend als een held om het pad te lopen. Van het ene einde des hemels is haar opgang en haar omloop tot het andere einde; niets blijft verborgen voor haar gloed’ (Ps.19:5-7).

De wind – van zuid naar noord (vs.6)

De aarde draait om de zon, en de zom komt op in het oosten en gaat onder in het westen en de wind van het zuiden naar het noorden en vervolgt zijn kringloop. In de bewing van aarde, zon en maan zit regelmaat, een zekere orde, maar er zit geen systeem in de beweging van de wind, die blijft voor ons verborgen. ‘De wind blaast, waarheen hij wil, en gij hoort zijn geluid, maar gij weet niet, vanwaar hij komt of waar hij heengaat; zó is eenieder, die uit de Geest geboren is’ (Joh.3:8).

De zee – heen en weer (vs.7)

Als laatste observeert Prediker de zee en ziet het proces dat wij kennen als de waterkringloop. Zeewater verdampt van nature, maar onder invloed van de zon versnelt dat proces zich. Als de waterdamp boven land komt dan zal de waterdamp afkoelen en als waterdruppels vrijkomen. Deze vallen dan naar beneden als neerslag en loopt als oppervlaktewater, door rivieren en andere watergangen terug naar zee. De kringloop is hiermee rond.

Nu Salomo aan het einde is gekomen van zijn observatie van de aarde, zon, wind en water komt hij tot de conclusie dat er geen voordeel ‘onder zon’! Er is wel beweging maar geen verandering, alles is onuitsprekelijk vermoeiend en het oog wordt niet vol van het zien en het oor van het horen!

Er is niets nieuws (1:8-11) – Prediker als historicus

Is er wezenlijk iets verandert in de wereld vanaf de schepping tot op mijn tijd, vraagt Prediker zich af. Nee, zegt hij: Er is niets nieuws. De wetmatigheden die gelden voor deze aarde blijven hetzelfde zolang die bestaat. Wetenschappelijke wetten, ook wel natuurwetten genoemd, zijn vastgestelde wetmatigheden in bepaalde verschijnselen, die als universeel en onveranderlijk worden beschouwd. De handelswijzen zijn veranderd, maar de principes zijn onveranderd. We doden nu onze vijanden met een geweer en vroeger met een zwaard, maar dat is niet nieuw, alleen maar anders.

Maar mensen willen altijd iets nieuws. ‘Alle Atheners nu en de vreemdelingen, die zich daar ophielden, hadden voor niets anders tijd over dan om iets nieuws te zeggen of te horen’ (Hand.17:21). Maar als er werkelijk niets veranderd, doordat we in een gesloten systeem leven, kan er ook niets nieuws ontstaan en blijft alles hetzelfde!

Als God wordt buiten gesloten brengt de wereld niets nieuws tot stand, maar met God wel! Een nieuwe schepping wordt dan mogelijk, waarvan wij de eerstelingen zijn (2Kor.5:17) en kunnen we wandelen in nieuwheid van leven (Rom.6:4), en een nieuw lied zingen (Ps.40:3) en het heiligdom binnengaan via een nieuwe en levende weg (Heb.10:20) in de verwachting van een nieuwe hemel en aarde (Op.21:1, 5).

____________________________________________________________________________________________