Serie: Ze gaven niet op! – Mozes – Doe mij toch uw heerlijkheid zien

7 februari, 2024

Serie: Ze gaven niet op!

Mozes – Exodus 33:10

‘Doe mij toch uw heerlijkheid zien’

Abraham bleef doorgaan omdat hij zag op de stad Gods. Jozef, zag op de dromen van God en Mozes zag op de heerlijkheid van God.

Een fictief interview met Mozes na de woestijnreis:

Interviewer: ‘Mozes, je kunt wel zeggen dat je een schitterende en succesvolle carrière achter de rug hebt!’ Mozes: ‘Vind je? Je moet niet vergeten dat ze vroeger in Egypte opsporingsberichten van mij hebben verspreid en dat een portret van mij op elke hoek van de straat te vinden was, want ik had een man vermoord; misschien kan ik zeggen, dat ik het met een goede bedoeling heb gedaan, maar toch. En verder heb ik vaak willen stoppen omdat het mij te zwaar werd, ik wilde zelfs sterven.’ ‘Ik begrijp dat Mozes, maar je had toch universiteit gehad en je bent toch onderwezen in alle wijsheid van de Egyptenaren?’ ‘Ja, zegt Mozes: ‘ik heb veel geleerd maar niet de dingen die ik nodig had. Ik weet hoe je een piramide moet bouwen en hoe je een lichaam moet balsemen, maar ze hebben mij niet geleerd hoe je een zee moest splijten, of hoe je zo’n groot aantal mensen moest voeden in de woestijn, of hoe je gevechten moest leiden. Nee, dat hebben ze mij niet geleerd. Ze hebben mij bekritiseerd, ze hebben niet gedaan wat ik hen zei te doen en kwamen in opstand. Ze hebben mij om mijn vrouw bekritiseerd en zo kan ik wel een poosje doorgaan! Neen, gemakkelijk was het niet!’ ‘Maar’, zei de interviewer, ‘je had toch je broer en je zus die je konden helpen als het je te zwaar was?’ ‘Mijn familie’, zei Mozes, ‘laten we het daar maar niet over hebben!’ Maar laten we maar ophouden over al die zaken, ik zal je vertellen wat mijn geheim was en waarom ik toch ben doorgegaan: ‘Ik zag op de heerlijkheid van God!’

Inleiding

De openbare dienst van Mozes begon met de verschijning van de heerlijkheid van God en eindigt er ook mee, toen Mozes stierf. Er zijn meerdere gelegenheden waarop wij de heerlijkheid van God zouden moeten zien, zoals Mozes ze zag, dat is (1) wanneer de opdracht te zwaar lijkt te zijn, (2) als je niet weet waarheen, (3), wanneer anderen te veel beslag op je leggen (4) wanneer de vijand de overhand dreigt te krijgen en (5) wanneer je gaat twijfelen aan de beloning.

De heerlijkheid van God

Wat is de heerlijkheid van God? De heerlijkheid van God is de openbaring van Wie Hij is. De heerlijkheid des Heren vervulde de tabernakel (Ex.40:34). Nadat de ark werd buitgemaakt door de Filistijnen lezen we: ‘Zij (de schoondochter van Eli) noemde de jongen, Ikabod en zeide: weg is de eer (heerlijkheid) uit Israël’ (1Sam.4:21). Toen Salomo de tempel had voltooid lezen we: ‘de heerlijkheid des Heren had het huis des Heren vervuld’ (2Kron.7:2). Maar de heerlijkheid ging helaas ook uit de tempel weg (Ez.10:4, 18-19 en 23). De heerlijkheid verscheen daarna weer in Bethlehem toen de Heer Jezus werd geboren, het Woord is vlees geworden ‘en wij hebben zijn heerlijkheid aanschouwd.’ En die Heer der heerlijkheid die kruisigden wij! Maar de Heer der heerlijkheid stond op en ging tot de Vader. Nu woont de heerlijkheid van God in jou, de tempel van de Heilige Geest. God openbaart dus nu nog steeds zijn heerlijkheid en zal die ook in de toekomst openbaren! In de toekomst zal de aarde vervuld worden ‘met de kennis van des Heren heerlijkheid, gelijk de wateren die de bodem van de zee bedekken’ (Hab.2:14; Ez.43:4-5; 44:4).

Als de opdracht te groot schijnt te zijn (Exodus 3) – Gods heerlijkheid in het braambos.

Wees eerlijk zoals Jeremia eerlijk was, en zeg waar het schoentje wringt. Hij zei: ‘Ach, Here Here, zie, ik kan niet spreken, want ik ben jong’ (Jr.1:6). Een grote opdracht kan een stimulans zijn, een uitdaging. Uitdagingen kunnen bijdragen aan je geestelijke groei. Als er geen uitdaging meer is lopen we het gevaar gemakzuchtig te worden en vast te roesten in onze sleur! Mozes die een ‘universitaire’ opleiding had genoten (Hand.7:22), hoedde de schapen van zijn schoonvader veertig jaar. En tijdens die werkzaamheden verscheen de Engel des Heren hem midden in een braamstruik. Maar lees ook eens Exodus 24:16-17 waar de heerlijkheid vergeleken wordt met ‘vuur’, zoals ook in Hebreeën waar van God gezegd wordt dat God een verterend vuur is. De braamstruik is Mozes, een nietige struik, maar met Gods hulp tot grote dingen in staat (Heb.11:32-35). De discipelen zeiden tot de Heer Jezus: ‘Hier is een jongen die vijf gerstebroden en twee vissen heeft, maar wat is dat op zo velen?’ (Joh.6:9). Toch werden vijfduizend mannen (!) gevoed! Mozes zocht allerlei uitvluchten om de taak die hem werd opgedragen te ontlopen. ‘Wat moet ik zeggen wie mij gezonden heeft?’, ‘als ze mij niet geloven wat dan?’, ‘Heer is ben geen man van het woord’ (Hand.7:22!) en tenslotte, ‘Och Here, zend toch iemand anders!’ Als God je een opdracht geeft, zorgt Hij ervoor dat je daartoe bekwaam bent zowel in geestelijk, materieel en lichamelijk opzicht (2Kor.2:17; 3:6; 9:8; 12:7-10). God neemt het zwakke van de wereld om het sterke te beschamen (1Kor.1:26-28). Als de opdracht je te groot schijnt let op de heerlijkheid van God in het braambos!

Als je niet weet waarheen (Ex.15) – Gods heerlijkheid in de wolkkolom

Jeremia 10:23 zegt: ‘Ik weet, o Here, dat het niet aan de mens staat zijn weg te kiezen, noch aan een man om te gaan en zijn schreden te richten.’ Mozes stond aan het begin van een onbekende reis, van onbekende duur en van onbekende ontmoetingen en wat hij nodig had was een leider, een gids op zijn levenspad! In Exodus 13:17-22 zien we dat het initiatief om het volk te leiden van God uitgaat, terwijl we in hoofdstuk 34:13v. zien dat Mozes er zelf om vraagt. ‘Maak mij toch Uw wegen bekend’, en, ‘Indien Gij Zelf niet medegaat, doe ons vanhier niet optrekken.’ Veertig jaar later, gekomen aan het eind van de woestijnreis, roept hij het volk op om te ‘gedenken heel de weg, waarop de Here, uw God, u deze veertig jaar in de woestijn heeft geleid.’ (Deut.8:2)

Als de mensen te veel beslag op je leggen (Ex.32-34) – Gods heerlijkheid op de berg.

Heb jij geen hinder van mensen? Mozes’ grootste problemen werden veroorzaakt door mensen die hij juist probeerde te helpen. Als de druk van mensen je te veel wordt moet je de heerlijkheid van God op de berg zien. Mozes ontving de Wet op de berg en door zijn wegblijven werd het volk ongeduldig. Ze vroegen Aaron om een god voor hen te maken, wat hij dan ook deed. Hij gaf ze wat ze wilden, en dat is gevaarlijk! We dienen het Woord van God onvervalst door te geven en we prediken niet om mensen te behagen. In Exodus 33:7 zegt God tegen Mozes: ‘ga naar beneden want jouw volk, dat jij uit Egypte hebt gehaald hebben het verdorven.’ Wie zondigden? Het volk van God! God wilde het volk vernietigen en met Mozes verder gaan (Ex.32:10). Mozes trad tussenbeide en de Here kreeg berouw. Elia ging de berg op om te klagen! Dat moet je nooit doen. Mozes trad tussenbeide en zag de heerlijkheid van God. Paulus werd door allen in de steek gelaten. Als we de heerlijkheid van God op de berg zien doen mensen er niet meer toe.

Als de vijand te sterk is (Ex.40) – Gods heerlijkheid in de legerplaats.

God gaf aan het Joodse volk zegeningen die andere volken niet kregen, nl. dat hun de woorden van God werden toevertrouwd, het zoonschap, de heerlijkheid, de verbonden, de wetgeving, de dienst en de beloften (Rom.3:2;9:4). Hun tempel was niet leeg zoals bij de heiden volkeren want de heerlijkheid van God vulde de tempel. Israël werd omringd door verontreinigde volkeren, zoals bv. de Kanaänieten. Als je leest wat er bij die volkeren gebeurde dan is een vergelijking gerechtvaardigd met wat nu gebeurt in onze wereld (Lev.18). Abortus, actieve euthanasiepornografie, prostitutie, homoseksualiteit enz. Van deze volken diende het volk Israël gescheiden te blijven. Hoe moeilijk was dat toen en is het nu nog steeds. ‘Opa wat gebruikte u als voorbehoedsmiddel?’ ‘Een trouwring!’ was het antwoord. God stelde de tabernakel midden in het kamp en daar verscheen zijn heerlijkheid. Bij verleidingen dienden ze niet naar buiten te kijken maar naar binnen. Ze werden geheiligd door de heerlijkheid (1Kor.7:14). De heilige God is in ons midden (1Petr.1:16). Dus als de vijand te sterk dreigt te worden kijk naar de heerlijkheid van God.

En als de beloning te gering lijkt te zijn (Deut.31:14-15) – Gods heerlijkheid in aangezicht van de Heer Jezus.

In Hebreeën 11:26 lezen we dat ‘Mozes de smaad van Christus groter rijkdom geacht dan de schatten van Egypte, want hij hield de blik gericht op de vergelding’ (beloning: NT Voorhoeve). Mozes mocht het beloofde land niet binnen, maar hij mocht het zien. Daarna deed God hem inslapen en begroef hem. Wat een manier om te sterven, na alles wat hij had gedaan voor de mensen. Geen zichtbare beloning. Jaren later zei de Heer Jezus tegen Petrus, Jacobus en Johannes ga mee de berg op, en ze zagen Mozes en Elia (Mat.17). En ze zagen de heerlijkheid van de Heer Jezus, en ze spraken over zijn uitgang (Exodus!), zegt Lukas 9:31. Mozes had zijn Exodus voltooid voor het volk Israël, de Heer voor de hele wereld. Wij zijn nog niet thuis, broeders en zusters! We kunnen elkaar vertellen wat we allemaal voor de Heer gedaan hebben, en dan kan het zijn dat we aanvechtingen krijgen en twijfelen aan de beloning, ga dan naar de berg van de verheerlijking en zie de heerlijkheid van God in het aangezicht van de Heer Jezus (2Kor.4:6). In 2Korinthiërs 3 wordt er dertien keer over de heerlijkheid gesproken. Het vergelijkt de heerlijkheid van het oude verbond tegenover het nieuwe verbond. Alleen Mozes zag de heerlijkheid van God maar het volk zag alleen de wolk waarin de heerlijkheid was. Mozes moest zijn gezicht bedekken (2Kor.3:18). Wij, allen, mogen nu met onbedekt aangezicht de heerlijkheid van de Heer aanschouwen, van heerlijkheid tot heerlijkheid. Zie de heerlijkheid van God in het aangezicht van de Heer Jezus!

____________________________________________________________________________________________________